Twee generaties Nederlandse ‘hoteliers’ in Canada

Foto: Cuppojoe

In de jaren vijftig emigreerde een recordaantal Nederlanders naar Canada. Destijds een levensgrote stap; de bootreis duurde lang en de contactmogelijkheden met het thuisfront waren minimaal. Hoe anders is het nu: nieuwe emigranten zitten met het vliegtuig binnen zeven uur in Canada, en kunnen dagelijks bellen of mailen met familie en vrienden in Nederland.

Dit artikel verscheen eerder (21 juli 2003) op de website van de Wereldomroep.

Melken
Canada had destijds behoefte aan boeren en de enige voorwaarde die aan immigranten werd gesteld, was dat ze een koe konden melken. Gedwongen door de slechte economische situatie in Nederland stortten de emigranten zich in een totaal onbekend avontuur. Tijdens de piek stapten tientallen mensen per week aan boord van stoomschepen als De Rotterdam, De Amsterdam en De Waterman.

Op Pier 21 in de Oost-Canadese havenstad Halifax, de kade waar de meeste immigranten uit de jaren vijftig aan wal kwamen, hangt sinds juli 2003 een speciale plaquette die herinnert aan de vele Nederlanders die alles achter lieten om in Canada een nieuw bestaan op te bouwen. In juli 2003 was het precies 75 jaar geleden dat de eerste Nederlanders voet aan Canadese wal zetten.

Startkapitaal
Het leven in Canada verbeterde voor de meeste emigranten overigens niet direct. Diverse regels bemoeilijkten de overstap. Tot diep in de jaren vijftig mochten Nederlanders bijvoorbeeld niet meer dan honderd dollar exporteren. De meeste emigranten hadden aan het eind van de bootreis slechts enkele dollars aan startkapitaal over.

Jan en Nelly de Winter uit Castricum kwamen in 1949 met ‘De Waterman’ aan in Halifax en weten nog precies hoeveel zij bij aankomst in hun portemonnee hadden zitten. ‘Zeventien dollar aan contanten hadden we, en daarvan moesten we nog de reis naar Ontario maken,’ vertelt Jan.

Geld verdienen
Eenmaal in Ontario aangekomen, was hun laatste beetje geld ook op, dus gingen ze aardbeien plukken. ‘Het was hard werken, maar we moesten direct geld verdienen en dit kwam toevallig op ons pad’, vertelt Jan. ‘Daarna werkten we een tijdje in de tabak. Van die verdiensten kochten we ons eerste huis.’

De begintijd was niet makkelijk, meent Nelly. ‘Ik miste vooral mijn familie. Ik wilde desnoods op mijn knieën terug naar Nederland, zo erg was het.’ Maar naar Nederland reizen, dat zat er niet in. ‘We hadden geen geld om de reis te kunnen betalen. Bovendien was emigreren toen iets heel definitiefs. Wij waren vertrokken met het idee nooit meer terug te keren. We beschouwden het niet als een reële optie.’

Heimwee
Uiteindelijk bouwden Jan en Nelly de Winter een goed lopend motel op in Sussex, een plaats in het oosten van Canada. Mede door de komst van negen kinderen willen ze inmiddels nooit meer terug naar Nederland, maar de heimwee van destijds zullen ze nooit vergeten.

Hoe anders is het met de nieuwe immigranten. Rob en Annemieke Gulmans wonen sinds een jaar in hetzelfde dorp als de familie De Winter. Hun emigratieverhaal vertoont geen enkel raakvlak met dat van Jan en Nelly. Het paar uit Rotterdam zocht ‘iets’ waardoor ze meer tijd met elkaar konden doorbrengen.

Ze probeerden een Bed and Breakfast op te zetten in Friesland, maar dat mislukte omdat het te duur werd. ‘Toen hebben via internet gezocht naar geschikte panden in Canada. Huizen zijn er spotgoedkoop en het is nog steeds vrij makkelijk je in het land te vestigen,’ vertelt Annemieke. Ze stelden een lijst samen van favoriete woningen, die ze tijdens een rondreis door Canada gingen bekijken. Uiteindelijk kochten ze een prachtig koloniaal huis uit 1884 in het dorpje Sussex, volgens Annemieke uitermate geschikt voor een Bed and Breakfast.

Uitblazen
In het landelijke Sussex blazen de Gulmans uit van hun hectische leven in de Randstad. Ze hebben nog geen minuut spijt gehad van hun avontuur en beschouwen zichzelf als luxe-emigranten. Rob: ‘We hebben heel bewust voor een nieuwe levensstijl gekozen. Rustiger aan, meer tijd voor elkaar. We wilden dat eerst in Friesland, maar het werd Canada.’

Een groot verschil is het volgens hem niet: ‘In plaats van een koffer hebben we een container ingepakt en zijn vertrokken. We leven nu als God in Canada, met een Bed & Breakfast waarvan we kunnen rondkomen.’Of ze er eeuwig zullen blijven? Rob: ‘Het leven is heerlijk, maar wie weet zitten we over vijf jaar wel op de Bahama’s. Je bent thuis waar je je lekker voelt.’

Van Canada naar de Bahama’s
Heimwee hebben de Gulmans totaal niet. Ze communiceren met familie en vrienden via internet en iedereen is al een keer op bezoek geweest. ‘Canada is maar zeven uur vliegen’. De Gulmans denken achteraf dat naar Friesland verhuizen zwaarder zou zijn geweest dan hun emigratie naar Canada. ‘We kunnen geen Fries, maar wel goed Engels en zelfs in Friesland is het tegenwoordig druk. Alles en iedereen is hier zo relaxt, we voelen de stress nu langzaam uit ons lijf verdwijnen.’